IL Y A 234 ANS, LA BELGIQUE ACCÉDAIT POUR LA PREMIÈRE FOIS À L’INDÉPENDANCE – 234 JAAR GELEDEN VERWIERF BELGIË VOOR HET EERST ZIJN ONAFHANKELIJKHEID- VOR 234 JAHREN ERLANGTE BELGIEN ZUM ERSTEN MAL SEINE UNABHÄNGIGKEIT

Afbeelding – Image – Bild: ‘Vuurgevecht tussen de Brabantse vrijwilligers en de Oostenrijkse troepen op de Graanmarkt te Brussel’; Echange de tirs entre les volontaires brabançons et les troupes autrichiennes Marché aux Grains à Bruxelles‘; Feuergefecht zwischen Freiwilligen aus Brabant und österreichischen Truppen auf dem Marché aux Grains in Brüssel‘.

Bron – Source – Quelle: Lebbeke, collection privée J. Dauwe ; sur la première page du livre de l’exposition “200e anniversaire des Etats néerlandais unis 1790” aux Archives générales du Royaume à Bruxelles (et aux Archives du Royaume dans les provinces), 1990; Lebbeke, privé-verzameling J. Dauwe; op de voorpagina van het boek van de tentoonstelling “200ste verjaardag van de Verenigde Nederlandse Staten 1790” in het Algemeen Rijksarchief te Brussel (en Rijksarchief in de Provinciën), 1990; Lebbeke, Privatsammlung J. Dauwe; auf der Titelseite des Buches zur Ausstellung “200 Jahre Vereinigte Niederländische Staaten 1790” im Allgemeinen Staatsarchiv in Brüssel (und in den Staatsarchiven der Provinzen), 1990

LA PREMIERE REVOLTE BELGE

Le 11 janvier 1790, la Belgique a acquis son indépendance pour la première fois de son histoire. Bien qu’elle n’ait duré que peu de temps (environ un an), elle a été le premier maillon d’une série de révolutions et de guerres qui ont abouti en 1831 à la création du Royaume de Belgique.

Le territoire belge actuel était sous la couronne des Habsbourg depuis le 15e siècle. En 1715, la Belgique passe de la branche espagnole à la branche autrichienne de cette dynastie. A la fin du XVIIIe siècle, les réformes de l’empereur Joseph II suscitent de plus en plus le mécontentement des principautés belges sur lesquelles il exerce son autorité.

Comme lors de la révolution belge de 1830, les conservateurs – les “étatistes” – et les progressistes – les “vonckistes” – se sont retrouvés. Deux juristes, Van der Noot et Vonck, ont joué un rôle clé dans cette révolution partie du duché de Brabant. La révolte armée éclate à l’automne 1789. Après le Brabant, le comté de Flandre, le comté de Namur et le comté de Hainaut proclament également leur indépendance.

La domination autrichienne étant renversée, le 11 janvier 1790, l’indépendance des Etats Belgiques Unis fut proclamée. Le drapeau national était le même qu’aujourd’hui : le drapeau tricolore, mais avec un ordre différent des couleurs.

Les Etats Belgiques Unis comprenaient l’actuel territoire belge, à l’exception de la principauté de Liège (provinces de Liège et de Limbourg) et du duché de Luxembourg (province de Luxembourg et grand-duché de Luxembourg). Un Congrès était nommé, mais celui-ci fut faible et dépendant de la volonté des États qui composaient l’entité belge. En effet, les Etats Belgiques Unis étaient une confédération et dépendaient donc d’un traité entre les différentes principautés. Ceux-ci ne transféraient que peu de pouvoirs à la confédération  (l’armée, les affaires étrangères et la monnaie). Cette faiblesse interne, ajoutée aux divisions idéologiques de la Belgique indépendante et à l’absence de soutien européen, ouvre la voie à la restauration autrichienne. A partir de novembre 1790, les Autrichiens reprennent notre pays et, le 15 juin 1791, leur autorité était nominalement restaurée.

Ce n’est qu’après l’occupation française (1794-1814) que l’indépendance de la Belgique était à nouveau déclarée par les Alliés (1814), avant d’être annulée par l’absorption de la Belgique par les Pays-Bas (1815-1830). En octobre 1830, l’indépendance de la Belgique est déclarée. Notre pays devient un royaume unitaire, mais décentralisé sur la base de neuf provinces avec la Constitution la plus moderne du monde (4 février 1831). Il existera sous une forme quasi inchangée pendant près de 140 ans, jusqu’à l’introduction anticonstitutionnelle du fédéralisme (1970) et la mise en œuvre tout aussi anticonstitutionnelle d’une Constitution fédérale il y a trois décennies (1993).

En 1839, après une guerre de près de dix ans avec les Pays-Bas, l’indépendance de la Belgique a été reconnue par le traité de Londres. La Belgique perd alors l’actuel Grand-Duché de Luxembourg et l’actuelle province du Limbourg néerlandais. En 1919, le traité de Versailles ajoute les Cantons de l’Est à la Belgique. Entre 1908 et 1960, le Congo était une colonie belge.

Malgré l’histoire riche et ancienne de la Belgique, certains – principalement des séparatistes – n’hésitent pas à affirmer que notre pays est une création diplomatique datant de 1830.

DE EERSTE BELGISCHE REVOLTE

Op 11 januari 1790 verwierf België voor de eerste maal in zijn geschiedenis zijn onafhankelijkheid. Hoewel die maar kort duurde (ongeveer één jaar) , betrof het een eerste schakel in een reeks revoluties en oorlogen die in 1831 uitmondde in de onafhankelijkheid van het Koninkrijk België.

Het huidige Belgische grondgebied viel vanaf de 15de eeuw onder de Habsburgse Kroon. In 1715 ging België over van de Spaanse naar de Oostenrijkse tak van die dynastie. Eind 18de eeuw wekten de hervormingen van keizer Jozef II in toenemende mate de wrevel op van de Belgische vorstendommen waarover hij zijn gezag uitoefende.

Net als bij de Belgische Omwenteling van 1830 vonden conservatieve – de zogenaamde ‘statisten’ – en progressieve – de zogenaamde ‘vonckisten’ – elkaar. Hoofdrolspelers in deze revolutie die vanuit het hertogdom Brabant vertrok, waren twee advocaten, Van der Noot en Vonck. In de herfst van 1789 brak de gewapende opstand uit. Na Brabant riepen ook het graafschap Vlaanderen, het graafschap Namen en het graafschap Henegouwen de onafhankelijkheid uit.

Het Oostenrijks bewind werd verjaagd en op 11 januari 1790 werd de onafhankelijkheid van de Verenigde Belgische Staten uitgeroepen. De nationale vlag was dezelfde als de huidige: de driekleur, zij het dan met de kleuren in een andere volgorde.

De Verenigde Belgische Staten omvatten het huidige Belgische grondgebied, op het prinsbisdom Luik (provincies Luik en Limburg) en het hertogdom Luxemburg (provincie Luxemburg en groothertogdom Luxemburg) na. Er werd een Congres aangesteld, maar dat was zwak en afhankelijk van de wil van de staten die de Belgische entiteit uitmaakten. De Verenigde Belgische Staten waren immers een confederatie en berustten derhalve op een verdrag tussen de afzonderlijke vorstendommen. Die droegen weinig bevoegdheden aan de statenbond over (leger, buitenlandse zaken en de munt). Die interne zwakte, gevoegd bij de ideologische verdeeldheid in het onafhankelijke België en het gebrek aan Europese steun, plaveiden de weg voor de Oostenrijkse restauratie. Vanaf november 1790 heroverden de Oostenrijkers opnieuw ons land en op 15 juni 1791 werd hun gezag nominaal hersteld.

Pas na de Franse bezetting (1794-1814) werd de Belgische onafhankelijkheid door de geallieerden opnieuw uitgeroepen (1814) om dan weer ongedaan gemaakt te worden door de absorbering van België door Nederland (1815-1830). In oktober 1830 werd de Belgische onafhankelijkheid uitgeroepen. Ons land werd een unitair koninkrijk, maar gedecentraliseerd op basis van 9 provincies met de meest moderne Grondwet ter wereld (4 februari 1831). Die zou bijna 140 jaar in quasi ongewijzigde vorm bestaan, tot de ongrondwettelijke invoering van het federalisme (1970) en de even ongrondwettelijke implementering van een federale Grondwet, drie decennia geleden (1993).

In 1839, na een staat van oorlog met Nederland die bijna een decennium duurde, werd door het Verdrag van Londen de Belgische onafhankelijkheid erkend. Daarbij verloor België het huidige Groothertogdom Luxemburg en de huidige provincie Nederlands-Limburg. In 1919 voegde het Verdrag van Versailles de Oostkantons toe aan België. Tussen 1908 en 1960 was Congo een Belgische kolonie.

Ondanks de rijke en eeuwenoude geschiedenis van België zijn er tot op vandaag lieden – meestal separatisten – die er niet voor terugdeinzen om te beweren dat ons land een diplomatieke schepping is uit 1830.

DER ERSTE BELGISCHE AUFSTAND

Am 11. Januar 1790 erlangte Belgien zum ersten Mal in seiner Geschichte seine Unabhängigkeit. Obwohl sie nur kurz dauerte (etwa ein Jahr), war sie das erste Glied in einer Reihe von Revolutionen und Kriegen, die 1831 in der Gründung des Königreichs Belgien gipfelten.

Das heutige belgische Territorium war seit dem 15. Jahrhundert unter der habsburgischen Krone. Im Jahr 1715 ging Belgien von den Spaniern an den österreichischen Zweig dieser Dynastie über. Im späten 18. Jahrhundert erregten die Reformen von Kaiser Joseph II. zunehmend den Unmut der belgischen Fürstentümer, über die er seine Autorität ausübte.

Wie bei der belgischen Revolution von 1830 fanden konservative – die so genannten “Statisten” – und progressive – die so genannten “Vonckisten” – zueinander. Hauptakteure dieser Revolution, die vom Herzogtum Brabant ausging, waren zwei Juristen, Van der Noot und Vonck. Der bewaffnete Aufstand brach im Herbst 1789 aus. Nach Brabant proklamierten auch die Grafschaft Flandern, die Grafschaft Namur und die Grafschaft Hennegau ihre Unabhängigkeit.

Die österreichische Herrschaft wird abgesetzt und am 11. Januar 1790 wird die Unabhängigkeit der Vereinigten Belgischen Staaten erklärt. Die Nationalflagge ist die gleiche wie die heutige: die Trikolore, allerdings mit einer anderen Reihenfolge der Farben.

Die Vereinigten Belgischen Staaten umfassten das heutige belgische Staatsgebiet mit Ausnahme des Fürstentums Lüttich (Provinzen Lüttich und Limburg) und des Herzogtums Luxemburg (Provinz Luxemburg und Großherzogtum Luxemburg). Es wurde ein Kongress ernannt, der jedoch schwach war und vom Willen der Staaten abhing, die das belgische Staatsgebilde bildeten. Die Vereinigten Belgischen Staaten waren nämlich eine Konföderation und stützten sich daher auf einen Vertrag zwischen den einzelnen Fürstentümern. Diese übertrugen dem Staatenbund nur wenige Befugnisse (Armee, Außenpolitik und Münze). Diese interne Schwäche, die ideologischen Spaltungen im unabhängigen Belgien und die fehlende europäische Unterstützung ebneten den Weg für die österreichische Restauration. Ab November 1790 eroberten die Österreicher unser Land zurück und am 15. Juni 1791 wurde ihre Autorität nominell wiederhergestellt.

Erst nach der französischen Besatzung (1794-1814) wurde die belgische Unabhängigkeit von den Alliierten erneut erklärt (1814), was jedoch durch die Aufnahme Belgiens in die Niederlande (1815-1830) wieder zunichte gemacht wurde. Im Oktober 1830 wurde die belgische Unabhängigkeit erklärt. Unser Land wurde ein unitarisches Königreich, aber dezentralisiert auf der Grundlage von 9 Provinzen mit der modernsten Verfassung der Welt (4. Februar 1831). Es sollte fast 140 Jahre lang in quasi unveränderter Form bestehen, bis zur verfassungswidrigen Einführung des Föderalismus (1970) und der ebenso verfassungswidrigen Umsetzung einer föderalen Verfassung vor drei Jahrzehnten (1993).

Nach einem fast ein Jahrzehnt andauernden Krieg mit den Niederlanden wurde die Unabhängigkeit Belgiens 1839 durch den Vertrag von London anerkannt. Im Zuge dessen verlor Belgien das heutige Großherzogtum Luxemburg und die heutige Provinz Niederländisch-Limburg. Im Jahr 1919 wurden die Ostkantone durch den Versailler Vertrag zu Belgien hinzugefügt. Zwischen 1908 und 1960 war der Kongo eine belgische Kolonie.

Trotz der reichen und alten Geschichte Belgiens gibt es bis heute Menschen – zumeist Separatisten -, die nicht zögern zu behaupten, unser Land sei eine diplomatische Schöpfung aus 1830.