TAALWETGEVING VEROORZAAKT VERKEERSINFARCT – LA LEGISLATION LINGUISTIQUE OBSTRUE LE TRAFIC

DE B.U.B. PLEIT VOOR VERSOEPELING TAALWET

Het Gewestelijk Expresnet (GEN) dreigt alweer te worden uitgesteld, deze keer tot 2020, wegens de vernietiging van de bouwvergunning voor de spoorlijn Brussel-Nijvel door de Raad van State en dit op basis van een klacht van een ijverige burger tegen het taalgebruik in het openbaar onderzoek. Dat moest in het Nederlands gebeuren maar vond plaats in het Frans. Een klein deel van het toekomstig treintracé ligt immers in de buurt van de faciliteitengemeente Linkebeek.

De B.U.B. verneemt dan ook met verontwaardiging dat de aanleg van het GEN tussen Brussel en Nijvel alweer wordt uitgesteld (DS 19/12/12). Dit uitstel tot 2020 staat los van technische problemen of budgettaire tekorten, maar is louter gestoeld op een vergissing in het taalgebruik m.b.t. het openbaar onderzoek voorafgaand aan de stedenbouwkundige vergunning. Voor de B.U.B is het duidelijk dat men hier een brug te ver gaat. Reeds in 2008 werd een bouwaanvraag voor het GEN vernietigd. Waar tijd raad zou moeten brengen, blijft België gegijzeld in een te strikte toepassing van de taalwetgeving.

Het spreekt voor zich dat de wetgeving dient nageleefd te worden, maar wanneer de economie van ons land, en dus de welvaart van onze burgers, gaat lijden onder de te strikte naleving van de (taal)wetgeving, moet dit door de wetgever kunnen rechtgezet worden.

Buiten het feit dat het uitstellen van het GEN de verkeersopstoppingen rond Brussel de komende jaren nog meer zal doen toenemen, zelfs los van het feit of UPlace er ooit zal komen en nog meer wagens naar de Brusselse ring zal voeren, vraagt de B.U.B. zich af of er in deze tijd van crisis nog geld over is om de ganse procedure van bouwaanvraag te herstarten.

Het voorstel van De Lijn, in samenspraak met het Brussels Gewest en de MIVB, om tramverbindingen vanuit Boom, Ninove en Heist naar Brussel te leiden – het zogenaamde Brabantnet – kan zeer zeker de verkeersknoop rond Brussel wél ontwarren. Het lijkt de B.U.B. dan ook verstandig dat er één nationale coördinatie van het openbaar vervoer in België komt om zulke absurditeiten te vermijden.

De B.U.B. is van mening dat de overheid de welvaart moeten laten voorgaan op de taal ! De taal is geen doel maar een (communicatie)middel. 

LE B.U.B. PLAIDE POUR UN ASSOUPLISSEMENT DE LA LOI

Le Réseau express régional RER risque d’être remis à 2020 à cause d’une décision purement linguistique : le Conseil d’Etat se basant sur la plainte d’un citoyen pointilleux concernant l’usage des langues lors de l’enquête publique, a annulé le permis de bâtir de la voie ferrée Bruxelles-Nivelles. L’enquête a eu lieu en français et non en néerlandais, alors qu’une petite partie du tracé avoisine la commune à facilités de Linkebeek.

C’est dès lors avec stupéfaction que le B.U.B. apprend que la liaison RER entre Bruxelles et Nivelles doit être postposée (Le Soir 19/12/12). Ce retard – jusqu’en 2020 – n’a rien à voir avec un problème technique ni budgétaire, mais simplement avec une erreur dans l’usage des langues lors de l’enquête publique préalable au permis de bâtir. Pour le B.U.B., cette fois, c’est aller un pont trop loin. Déjà en 2008 une demande de ce type avait été annulée. Le temps qui passe devrait apporter de la sagesse mais la Belgique reste l’otage d’un strict respect des lois linguistiques.

Il va de soi que la loi doit être respectée, mais lorsque la santé économique de notre pays et le bien-être des citoyens sont mis en cause par un respect strict, ici d’une loi linguistique, le législateur doit intervenir pour le corriger. En dehors du fait que postposer le RER va compliquer la mobilité autour de Bruxelles ces prochaines années, en drainant toujours plus de véhicules sur le ring – aussi à cause du projet U Place -, le B.U.B. pose la question de savoir si en ces temps de crise, il restera de l’argent pour relancer une procédure de permis d’urbanisme.

La proposition faite par De Lijn, en concertation avec la Région bruxelloise et la STIB, de relier Bruxelles par tram depuis Boom, Ninove et Heist, le « Brabantnet » peut certes démêler le noeud autour de Bruxelles, mais en partie seulement. Pour le B.U.B., seule une coordination nationale des transports publics en Belgique permettra d’éviter à l’avenir de telles absurdités.

Le B.U.B. est convaincu que le bien-être des gens doit passer avant la langue ; la langue n’est pas un but en soi mais un moyen (de communication) !